Bekijk de bijzonderste beesten vanbinnen.
Hoe kan een cheeta zo snel rennen? Waar laat een python zijn prooi als hij die heeft opgeslokt? In dit boek geven twaalf dieren hun geheimen letterlijk bloot. Ontdek hoe ze er aan de binnenkant uitzien en verbaas je over allerlei bizarre feitjes. Je zult nooit meer op dezelfde manier naar deze dieren kijken.
–
Wat een megatof boek is dit! Ik viel van de ene verbazing in de andere met alle feitjes die er bij de dieren staan. 😊
Wist je bijvoorbeeld dat een krokodil zijn tong niet uit kan steken omdat die vastzit in haar bek? Of dat een zeester aan het eind van elke arm een oogje heeft zitten? Of dat een slak altijd boven op zijn eigen kop poept?
Dit soort weetjes vind ik zo ontzettend leuk, omdat het grappige en leuke weetjes zijn en dat soort weetjes blijven hangen. Niet alleen bij mij, maar ook juist bij kinderen! En dat maakt weer dat de kinderen door gaan lezen en dus heel veel leren.
–
In het boek worden er twaalf dieren besproken die stuk voor stuk ontzettend interessant zijn om wie ze zijn. Per dier staan er 2 bladzijdes vol met informatie verdeeld over kleine tekstblokjes rondom een hele mooie grote illustratie van het dier zelf. Bij het dier zie je dan een groot deel van de binnenkant, waardoor je het idee krijgt dat je het ontleedt. De tekst is ontzettend leuk en uitdagend geschreven en omdat de tekstblokjes vrij klein zijn blijft het makkelijk om je concentratie erbij te houden. Dit is toch een groot probleem wat we veel terugzien bij kinderen. Maar daar zullen ze hier echt geen last van hebben. Het ene weetje is nog gekker dan de ander, dus voor je het weet hebben ze het boek uit! 😄
–
Dit is een boek waar je ontzettend veel mee kunt doen in de klas. Heb je zelf nou geen tijd om daar iets bij te verzinnen/maken? Dan komt dat goed uit, want dat heb ik voor je gedaan. De lessuggesties kun je online vinden op de website van Lemniscaat en nu houdt niets je meer tegen om met kinderboeken in de klas aan de slag te gaan. 🤗
–
Auteur/illustrator: Kim Merel
Uitgeverij: Lemniscaat
Leeftijd: vanaf ca. 7 jaar zelf lezen, maar voorlezen vanaf ca. 4 jaar